Mobiliteit: de ene provincie is de andere niet
Steeds meer bedrijven kiezen ervoor om in te spelen op de mobiliteitsperikelen en het welzijn van hun medewerkers. En dat loont. Tevreden medewerkers zijn immers loyale medewerkers en in tijden van arbeidskrapte streven alle werkgevers een optimaal retentiebeleid na. Maar om een aantrekkelijk mobiliteitsaanbod voor te stellen, ben je maar beter op de hoogte van de mobiliteitswensen in jouw regio. De ene provincie is immers de andere niet. Hoog tijd om de regionale mobiliteitsgewoontes op een rijtje te zetten.
Openbaar vervoer: van bescheiden aandeel tot stijgende populariteit
Volgens de vierde jaarlijkse Acerta Mobiliteitsbarometer eisen bus, trein en tram zeker hun plaats op in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. 43,3% van de werknemers doet hier regelmatig een beroep op het net van het openbaar vervoer om de woon-werkafstand te overbruggen.
De liefde voor de wagen is in Brussel duidelijk bekoeld. Slechts 48% kruipt nog (af en toe) achter het stuur. Ook in Vlaams-Brabant is de populariteit van het openbaar vervoer zeker stijgend met nu al een aandeel van 11,7% regelmatige gebruikers. Deze trend is uiteraard onlosmakelijk verbonden met het aanbod. Oost-Vlaanderen, West-Vlaanderen, Antwerpen en Limburg blijven onder het nationaal gemiddelde van 8%.
Fiets: een gestage opmars
Als je de vraag nog niet hebt gekregen, zal het zeker niet lang meer duren: wanneer worden er (elektrische) bedrijfsfietsen voorzien? Niet zo opmerkelijk, want als alle provincies één iets gemeen hebben, dan zijn het wel ellenlange files. En al aanschuivend in die files beginnen medewerkers zelf naar alternatieve oplossingen te zoeken. De fiets wint overigens al enkele jaren aan terrein en dat stijgend succes blijft duren.
Vooral in Antwerpen springt men graag in het zadel, 38,7% van de werknemers fietst regelmatig van en naar het werk. Maar ook Oost-Vlaanderen (30%), West-Vlaanderen (25,2%), Vlaams-Brabant (23,7%) en Limburg (22,8%) ontpoppen zich als echte fietsprovincies. Fietsers hebben dan ook de overheden mee die inzetten op aangename en veilige infrastructuren, maar ook de wetgeving rond het mobiliteitsbudget geeft fietsers dat laatste duwtje in de rug. Het doet ons vermoeden dat Brusselse werknemers, die voorlopig nog achterop hinken met 10,9% regelmatige fietsers, snel een inhaalbeweging zullen maken.
Meer weten? Wil je ook beantwoorden aan de wensen van jouw medewerkers met een doordacht fietsbeleid? De belangrijkste aandachtspunten lees je hier. |
Mobiliteit: een kwestie van maatwerk
Jouw medewerkers zijn allemaal verschillend, bevinden zich in andere levensfases en hebben elk hun eigen behoeften. Een uniform mobiliteitsaanbod maakt hen niet meer warm. De Belgische werknemer gaat vandaag steeds bewuster nadenken over hoe hij zich van en naar het werk verplaatst.
En die keuze kan dagelijks veranderen. Afhankelijk van het weer, zijn humeur of kinderen die moeten worden afgezet aan de crèche, kiest hij voor een andere combinatie van vervoermiddelen. Vooral de wagen en de fiets blijken elkaar goed aan te vullen. 19,3% van de Antwerpse werknemers combineren deze twee vervoermiddelen. Maar ook in Limburg (12,5%), Oost-Vlaanderen (10%), West-Vlaanderen (9,2%) en Vlaams-Brabant (7,1%) wordt deze combinatie gesmaakt.
Foto: Shutterstock
Dit artikel maakt deel uit van het dossier 'HR GETOETST'.Auteur: Partnercontent
HRM – arbeidsmarkt – duurzaam werken